Gemeente Lochem komt binnensportaccommodaties, dorpshuizen en buitenbaden tegemoet

Lochem – Als gevolg van de coronacrisis sloten openbare maatschappelijke voorzieningen zoals binnensportaccommodaties, dorpshuizen en buitenbaden in de gemeente Lochem hun deuren. Deze sluiting en de huidige coronamaatregelen hebben grote (financiële) gevolgen voor de stichtingen die verantwoordelijk zijn voor de exploitatie van deze openbare voorzieningen. De voorzieningen hebben een belangrijke functie in de leefbaarheid van kernen. De gemeente komt ze daarom financieel tegemoet.

Dat de 9 binnensportaccommodaties en dorpshuizen en 3 buitenbaden het moeilijk hadden, bleek uit een recente uitvraag van de gemeente onder de beheerstichtingen. De vragen gingen over de gevolgen van de coronacrisis voor de activiteiten, financiële gevolgen, landelijke compensatieregelingen en de behoefte aan ondersteuning.

Activiteiten voor deel weer opgestart, maar financiële gevolgen zijn groot
Dorpshuizen, binnensportaccommodaties en buitenbaden hebben een groot deel van hun activiteiten weer opgestart. Maar daarvoor was al een groot tekort (totaal circa € 200.000) ontstaan in de exploitatie van voorzieningen. De ontstane tekorten verschillen per locatie en zitten vooral in het mislopen van horeca- en huuropbrengsten. De beheerstichtingen zijn niet in staat om deze tekorten zelf op te vangen.

De gemeente compenseert de voorzieningen voor 2/3
Binnensportaccommodaties, dorpshuizen en buitenbaden zijn belangrijke voorzieningen voor de leefbaarheid en gezondheid in de kernen en zijn vaak afhankelijk van gemeentelijke subsidie. Het college wil voorkomen dat deze voorzieningen moeten sluiten omdat liquiditeitsproblemen ontstaan. Daarom heeft het besloten ze gedeeltelijk tegemoet te komen in de tekorten over de eerste periode van de sluiting (tot en met mei). Het uitgangspunt is dat de stichtingen zelf 1/3 van het tekort kunnen opvangen en de gemeente de overige 2/3 aanvult. De gemeente kan hiervoor gebruik maken van een bijdrage van Provincie Gelderland voor ‘acute hulp’. Omdat deze bijdrage niet voldoende is, heeft de gemeente ook eigen geld vrijgemaakt.

Hoe verder?
Hoe lang we nog last houden van het coronavirus weten we niet. Of de nu ingezette middelen voldoende zijn op de lange termijn weten we dus ook niet. Wethouder Bert Groot Wesseldijk: “We weten dat beheerders creatief zijn in het vinden van oplossingen. We hopen dan ook dat zij het met deze tegemoetkoming voorlopig redden. In eerste instantie moeten zij vooral gebruik blijven maken van de regelingen die er al zijn. Denk daarbij aan regelingen vanuit rijk of provincie. En alert blijven op het ontstaan van nieuwe mogelijkheden. De gemeente houdt in ieder geval ook vinger aan de pols bij de stichtingen over de ontwikkelingen en behoefte aan ondersteuning.”